November 24, 2024

FIFA-regelgeving over makelaarshonoraria bespaart de eerste boete in Nederland

FIFA-regelgeving over makelaarshonoraria bespaart de eerste boete in Nederland

Op 10 mei 2023 heeft de Rechtbank Regio Midden Nederland (“Regtbank Midden-Nederland”of de “Nederlandse Centrale Rechtbank”) heeft het verzoek om een ​​voorlopige voorziening tegen de nieuwe regelgeving afgewezen FIFA (“FIFA”) reguleert de vergoedingen die spelersmakelaars in rekening mogen brengen. Volgens de Nederlandse rechter mist het verzoek om een ​​voorlopige voorziening de noodzakelijke urgentie, gezien de lopende parallelle procedures tegen deze regelgeving en het hangende verzoek om een ​​prejudiciële beslissing bij het Hof van Justitie van de Europese Unie (“HvJ-EU”).

De FIFA Football Agents Regulations (“FFAR”) zijn aangevochten in Duitsland, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Tsjechië, naast een klacht bij de Europese Commissie door makelaarsvereniging The Football Forum. Agenten onderhandelen met nationale federaties en ministeries om hun toepassing in Italië en Frankrijk te blokkeren.

Limiet servicekosten (Art. 15 FFAR)

Op 16 december 2022 heeft de FIFA-raad de nieuwe Agent Regulations (FFAR, beschikbaar) goedgekeurd Hier), ter vervanging van de vorige.

De FFAR werd op 9 januari 2023 van kracht, hoewel voor het tariefplafond op grond van artikel 15 een overgangsperiode gold tot 1 oktober van dit jaar.

Artikel 15 bepaalt dat agenten moeten worden betaald wanneer zij “agentdiensten” verlenen, opgevat als “”.Voetbalgerelateerde diensten uitgevoerd voor of namens een klant met de bedoeling de onderhandeling, communicatie of voorbereiding daarvan, of enige andere gerelateerde activiteit, doel, doelstelling en/of transactie af te ronden..”

Het maximale honorarium dat agenten in rekening kunnen brengen als zij een individu of een ingeschakelde entiteit vertegenwoordigen[1] Bij de transactie wordt het berekend op basis van het salaris van het individu (speler of coach) zonder rekening te houden met de voorwaardelijke betalingen. Aan de andere kant, als zij de uitgeverij vertegenwoordigen,[2] Hun vergoeding zal gebaseerd zijn op de wisselkoersvergoeding voor de betreffende transactie. Daarom beperkt FFAR de rol van agenten op basis van hun cliënt- en individuele beloning:

i) Als de klant een individu of een aantrekkende entiteit is: De agent mag maximaal 5% van het jaarsalaris van de persoon in rekening brengen, met een maximum van USD 10.000,- als dit lager of gelijk is aan USD 200.000. Als het salaris van de persoon hoger is dan USD 200.000, kan de agent maximaal 3% van het bedrag boven die limiet in rekening brengen.

ii) Als de cliënten zowel individuen als rechtspersonen zijn (dubbele vertegenwoordiging bij transactie): Een limiet van 10% van het jaarsalaris onder de USD 200.000 en 6% op bedragen boven die limiet.

iii) Als de opdrachtgever een uitgeverij is: De makelaar mag maximaal 10% van de overdrachtswaarde in rekening brengen, ongeacht het salaris van de persoon.

Nederlandse rechtszaken en procedures tegen FFAR in Europa

Als reactie op de door de FFAR gestelde limiet hebben twee verenigingen van voetbalmakelaars – Pro Agent en de European Football Agents Association (“EFAA”) – en twee particulieren de FIFA en de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (“KNVB”) aangeklaagd. Voor de Nederlandse Centrale Rechtbank. In hun poging om de regelgeving nietig te verklaren, beweren de eisers dat het tariefplafond een concurrentiebeperkende overeenkomst is tussen de bij de FIFA aangesloten bonden om zakelijke voorwaarden vast te stellen. Bovendien beschouwen zij deze regelgeving als misbruik van de machtspositie van de FIFA. Naast de rechtszaak verzochten de eisers om uit voorzorg een schorsing van de FFAR in afwachting van de uitspraak van de rechtbank.

Op 10 mei 2023 heeft de Nederlandse Centrale Rechtbank een uitspraak gedaan waarbij een voorlopige voorziening werd geweigerd wegens gebrek aan urgentie. Verder oordeelde de rechtbank dat de eisers er niet in waren geslaagd de onherstelbare schade aan te tonen die een dergelijke weigering zou veroorzaken.

De Nederlandse Centrale Rechtbank hield er eerst rekening mee dat het honorariumplafond bij andere rechtbanken was aangevochten, namelijk de rechtbank van Mainz. De zaak gaat over dezelfde juridische kwesties en is aangespannen door zaakwaarnemer Roger Whitman (die onder meer huidig ​​Liverpool-speler Roberto Firmino vertegenwoordigt). De rechtbank verwijst naar een parallelle procedure bij het Sportarbitragehof in Zwitserland.

De arbitrale uitspraak wordt in juli verwacht en de FIFA heeft zich al bereid getoond de FFAR te wijzigen, waardoor een tussentijdse opschorting van de regelgeving niet nodig is, aldus de Nederlandse Centrale Rechtbank. Bovendien heeft het Hof van Mainz verschillende prejudiciële vragen aan het HvJ-EU voorgelegd (zaak C-09/23 RRC Sport), en het bindende antwoord kan komen voordat de betwiste bepalingen in werking treden. Daarom besloot het Nederlandse Centrale Hof de procedure te schorsen om ervoor te zorgen dat zijn uitspraak in overeenstemming was met de prejudiciële uitspraak van het HvJ-EU, in het bijzonder met de universele gevolgen van de FFAR en de noodzaak van uniforme handhaving.

Tenslotte maakte de FIFA bezwaar tegen de jurisdictie van het Nederlandse Centrale Hof, omdat partijen onderworpen waren aan een arbitragebeding bij het Zwitserse Sporthof. De Nederlandse Centrale Rechtbank bevestigde echter haar jurisdictie om de zaak te behandelen op basis van de locatie van de KNVB in Nederland en de mogelijkheid dat de KNVB door de FIFA als medeverdachte voor een Nederlandse rechtbank zou kunnen worden gedagvaard.

Conclusie

De uitoefening van regelgevende bevoegdheden door de FIFA en de relatie tussen sport en het EU-mededingingsrecht hebben het afgelopen jaar op juridisch gebied aan belang gewonnen. Eerst Superliga Er zijn een aantal juridische vragen gerezen over de zaak en de acties van de FIFA tegen gepromoveerde clubs, evenals het probleem van “spelers van eigen bodem” (geanalyseerd in dit bericht), het EU-recht en de verhelderende rol van het HvJ-EU op het gebied van sport.

In dit geval zal het HvJ-EU moeten wachten tot de uitspraak is gedaan en richtlijnen moeten verstrekken om de door de FFAR aan de orde gestelde kwesties aan te pakken. De omvang en de economische impact van deze schaal van verandering hebben het potentieel om de fundamenten van de industrie te doen schudden, met gevolgen op alle niveaus.

Noch een procedure bij het Hof van Arbitrage voor de Sport, noch een verzoek om een ​​prejudiciële beslissing bij het HvJ-EU verhinderen echter de inwerkingtreding van het Reglement. Dus als er vóór oktober van dit jaar geen besluit wordt genomen, laten we dan eens kijken naar de gevolgen daarvan voor de markt en het mondiale voetballandschap.



[1] Een club, aangesloten vereniging of competitie met één entiteit waarbij een speler of coach betrokken kan zijn.

[2] Een club, aangesloten vereniging of competitie met één entiteit moet worden geregistreerd door de entiteit die een speler of coach in dienst heeft en/of inhuurt.