November 25, 2024

Nederland verlaagt de milieubelastingstimulansen voor apparaten op waterstof en de levering van H2-brandstof

Nederland verlaagt de milieubelastingstimulansen voor apparaten op waterstof en de levering van H2-brandstof

Bedrijven die investeren in waterstofmotoren, evenals H2 Leveringen aan voertuigen en schepen, opslagtanks en dual-fuel vrachtwagens en tractoren komen dit jaar in Nederland niet in aanmerking voor milieuheffingskortingen.

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), het bestuursorgaan van het Nederlandse ministerie van Economische Zaken en Klimaat, is verantwoordelijk voor het opstellen van een zogenaamde ‘milieulijst’ van groene activa die in aanmerking komen voor investeringsaftrek. Verschillende categorieën vanwege strenge EU-regels inzake staatssteun.

Een wijziging van de algemene verordening inzake vrijstelling van staatssteun, die in juni vorig jaar werd gepubliceerd, heeft de reikwijdte van de steun voor investeringen in uitrusting, machines en infrastructuur die waterstof gebruikt of transporteert, verscherpt. 70% reductie van de uitstoot van broeikasgassen vergeleken met fossiele brandstoffen.

De RVO merkt echter op dat de Nederlandse milieubelastingstimulansen – Milieu-investeringsaftrek (MIA) en Ongelijke afschrijving van milieu-investeringen (Vamil) – momenteel geen mechanisme hebben om ervoor te zorgen dat alleen groene H.2 wordt gebruikt, wat resulteert in de verwijdering van deze categorieën.

Ondertussen vereisen de strengere EU-staatssteunregels geen investeringen in voertuigen op waterstof om aan te tonen dat deze uitsluitend op hernieuwbare waterstof rijden – aangezien de beperking geldt voor tankstations.

Als gevolg hiervan zal Nederland belastingvoordelen blijven bieden op de uitgaven aan auto's, bestelwagens, bussen en vrachtwagens.2Dual Fuel-opties komen echter niet in aanmerking, zolang geen van de investeringen naar een tankstation gaat.

Artikel gaat verder onder advertentie

Bedrijven kunnen MIA en Vamil claimen op waterstofvoortstuwingssystemen voor andere schepen dan vissersvaartuigen, maar ook op retrofitprojecten om dieselmotoren in bestaande treinen te vervangen door accupakketten met of zonder brandstofcellen.

De RVO verwacht echter dat de MIA-heffingskorting in 2023 het begrote bedrag zal overschrijden.

Zelfs als elektrische taxi’s van de lijst worden geschrapt – de RVO zegt dat de “meerkosten van deze taxi’s vergeleken met niet-elektrische taxi’s te klein zijn om nog steeds te worden gestimuleerd met fiscale stimuleringsmaatregelen” – zullen waterstofaangedreven opties nog steeds in aanmerking komen voor de belasting. . Omdat ze duur zijn, zijn ze nuttig.

Maar aangezien bedrijven geen MIA of Vamil kunnen claimen bij tankstations – Nederland heeft er slechts 17 vergeleken met ruim 170.000 elektrische oplaadpunten – zou dit het aanbod kunnen verstoren, zoals te zien is in Denemarken en Zuid-Korea.

De Nederlandse regering is van plan een afzonderlijk subsidieprogramma voor waterstofmobiliteit van 150 miljoen euro te lanceren, dat subsidies tot 300.000 euro per voertuig en 2 miljoen euro per tankstation zal opleveren. Vorig jaar werd de verordening inzake alternatieve brandstofinfrastructuur aangenomen.

De herziene EU-staatssteunregels betekenen echter dat tankstations voorwaarden zullen moeten stellen om het aanbod van hernieuwbare H2 aan te tonen.2Voordat u overheidsfinanciering ontvangt, moet u zich houden aan de parameters die zijn vastgelegd in de gedelegeerde handelingen.