November 27, 2024

Zijn Nederlanders minder sceptisch over de uitbreiding van de EU?  – EURACTIV.com

Zijn Nederlanders minder sceptisch over de uitbreiding van de EU? – EURACTIV.com

De publieke opinie in Nederland wordt beschouwd als fundamenteel sceptisch of kritisch over expansie, maar de houding lijkt te veranderen, een Studie door de faculteit was ontdekt.

De EU heeft lang geaarzeld over uitbreidingsbeleid. Twintig jaar na de top van Thessaloniki vormen de Westelijke Balkan nog steeds een gat in het hart van Europa.

De discrepantie tussen wat wordt aangekondigd en wat wordt uitgevoerd is enorm, en de tijdsdimensie lijkt irrelevant voor besluitvormers en politieke elites aan beide kanten.

Aan de andere kant verandert de focus op de uitbreiding van de EU. Je zou zeggen dat dit al veranderd is. De verandering was relatief plotseling en onverwacht, en wat een jaar geleden ondenkbaar was, is nu realiteit.

Hoe de oorlog ook afloopt, de EU trekt naar het oosten, of zoals iemand zei, vanuit Zuidoost-Europa naar het oosten. Er zijn ‘nieuwe kinderen in de buurt’.

Laten we echter zeggen dat de belofte en het plan van de Westelijke Balkan niet zijn nagekomen en dat de landen achterblijven. Als dat zo is, zou het een epische mislukking zijn voor de EU als politiek project.

Afgezien van het perspectief van besluitvormers, hebben we ook de publieke opinie en hun mening in deze vergelijking.

Laten we voor de eenvoud aannemen dat er twee doelgroepen zijn in dit verhaal. De ene woont in de Westelijke Balkan en de andere in de lidstaten.

Publiek in de Westelijke Balkan kijkt naar de beslissing van de lidstaten en vraagt ​​zich af hoe een land in oorlog de status van kandidaat-lidstaat kan krijgen terwijl Bosnië en Herzegovina nog steeds de status van “potentiële” kandidaat heeft. Wat de verklaring ook is, het is hypocriet en onlogisch voor de gewone mensen bij WB.

Een groeiend percentage mensen gelooft dat hun land nooit een lidstaat zal worden. Simpel gezegd, voor Oekraïne was er politieke en mediasteun, voor Bosnië en Herzegovina was dat wel/niet.

Aan de andere kant, als het gaat om uitbreiding, hanteren sommige lidstaten al jaren algemene benaderingen om bepaalde landen te verbieden stappen te ondernemen tijdens het toetredingsproces. Over het algemeen weten EU-burgers in alle lidstaten niet veel over de Oosterburen of de instrumenten en criteria als het gaat om het uitbreidingsbeleid.

Laten we eens kijken naar de staat van de nieuwste game van nederland, zoals beoordeeld door veel waarnemers Twijfel eigenlijk of kritiek op de uitbreiding in de afgelopen jaren, vaak in verband gebracht met een negatieve houding van de Nederlandse bevolking ten opzichte van de EU-uitbreiding.

In 2016, hoewel niet bindend, werd het Nederlands Oekraïne-EU-referendum gehouden, en tweederde van de kiezers was tegen het politieke, handels- en veiligheidsakkoord, wat de kracht van het eurosceptische sentiment in Nederland aantoont.

De houding lijkt vandaag te veranderen.

Zo’n 80% van de Nederlandse bevolking maakt zich zorgen over de oorlog in Oekraïne. Slechts 26% wil echter dat de EU vanwege de oorlog snel uitbreidt.

Tegelijkertijd is de Nederlandse publieke opinie over de EU-uitbreiding met de Westelijke Balkan verdeeld en vindt de meerderheid de kwestie van de uitbreiding niet erg belangrijk. De Nederlandse publieke opinie over het EU-lidmaatschap van de Westelijke Balkan” (opgesteld door het Europees Fonds voor de Balkan, BiEPAG en Dpart) suggereert.

Bijna de helft van de respondenten – 45%, steunde de toetreding van de landen van de Westelijke Balkan tot de EU: meer specifiek zei 38% van de respondenten dat het relatief goed zou zijn, en 7% zei dat het heel goed zou zijn als landen als Albanië, Bosnië en Herzegovina aanwezig zouden zijn . , traden Kosovo, Montenegro, Noord-Macedonië en Servië toe tot de Europese Unie.

Daarentegen vond 34% van de respondenten het tegenovergestelde of zeer negatief, terwijl 21% twijfelde.

Aan de andere kant, hoewel mensen er om geven dat de criteria voor toetreding tot de EU worden nageleefd, weten de meesten er niet veel over of over de specifieke landen die tot de Unie zouden kunnen toetreden. Ongeveer 42% van de Nederlandse respondenten in het onderzoek identificeerde de rivieren van de Westelijke Balkan correct, terwijl in de focusgroepen slechts enkelen de zogenaamde WB6-landen noemden.

Het grootste deel van het publiek is zich niet bewust van het stemrecht van Nederland als lidstaat, en als het over het uitbreidingsproces gaat, gelooft 60% dat als de Westelijke Balkan toetreedt, Turkije automatisch zal toetreden.

Zoals verwacht neigen degenen die in de EU geloven naar beleid zoals uitbreiding, terwijl degenen die sceptisch en negatief zijn over de Brusselse regering de nationale regering vertrouwen en onzeker zijn over het Europese beleid dat uit de hoofdstad van de EU komt.

Wat kunnen we leren van deze bevindingen?

De publieke opinie in Nederland is aan het veranderen en hoewel mensen het onderwerp niet als belangrijk (belangrijk) ervaren, zijn ze er niet zozeer tegen. Politici waren tot op zekere hoogte verrast door de bevindingen, wat ons doet concluderen dat de publieke opinie en misschien wel meer als excuus wordt gebruikt.

Lange tijd rechtvaardigden besluitvormers hun acties tegenover hun achterban voor visie, geopolitieke moed en meer. Het publiek in heel Europa is wakker en beseft dat orde belangrijk is.

Nu moeten we zien of de kostbare actietijd aan alle kanten verloren gaat. De belangrijke vraag is wat de kosten van een mislukking zijn als de EU nu niet ingrijpt.